Parfum in de context van wijn verwijst naar de aromatische geuren die vrijkomen bij het inschenken en proeven van wijn. Deze geuren zijn het resultaat van verschillende chemische verbindingen die ontstaan door de gebruikte druivenrassen, de terroir, en de productiemethoden. Wijnen kunnen uiteenlopende aroma’s bezitten, variërend van fris fruit tot complexe houttonen. Bijvoorbeeld, een Sauvignon Blanc uit Marlborough, Nieuw-Zeeland, kan een levendige geur van citrus en groene paprika hebben, terwijl een Chardonnay uit Bourgogne vaak aroma’s van rijpe appel en boter vertoont.

De aromatische kenmerken van wijn zijn sterk afhankelijk van het druivenras. Pinot Noir staat bekend om zijn delicate bloemige geuren, vaak met hints van framboos en aardbei, vooral wanneer de druiven uit de regio van de Côte d’Or in Frankrijk komen. Aan de andere kant zijn wijnen gemaakt van Syrah, zoals die uit de Rhône-vallei, vaak rijk aan aroma’s van zwarte bes, peper en vlees. Daarbij influisteren regionale elementen, zoals de zoute bries aan de kust van San Francisco, weer in de aroma’s van wijnen uit de Sonoma Valley.

Naast druivenras en terroir, spelen ook vinificatietechnieken een cruciale rol in het ontwikkelen van de parfum van een wijn. Eikenhouten vaten kunnen bijvoorbeeld van invloed zijn op de geur, met aroma’s van vanille, kruiden en toast in wijnen zoals Cabernet Sauvignon uit Napa Valley. Zelfs de rijpingstijd beïnvloedt de parfums; jonge wijnen hebben vaak frisse, fruitige aroma’s, terwijl oudere wijnen een complexer pallet van geuren kunnen bieden, waaronder tertiaire aroma’s zoals leer en tabak. Het begrijpen van parfum in wijn helpt drinkers om de nuances en complexiteit van verschillende wijnen te waarderen.