In 1990 introduceerde Patrick Ducournau in Madiran een techniek om kleine hoeveelheden lucht in wijn te penetreren. Door een injectienaald spoot hij bubbeltjes lucht in de wijn met de bedoeling het effect van de opleg op een eiken vat te imiteren. Door de poriën en nerven van het hout dringt immers ook langzaam lucht door in de wijn. Dat beetje zuurstof is juist voldoende om de hardste tannine en meest onstabiele pigmenten te laten samenklonteren (polymeriseren). Als ze samenklonteren, worden ze zwaar en slaan ze neer. Daarna worden ze uit de wijn verwijderd. De wijn die dan resulteert, is zachter van smaak en stabieler van kleur. Tegenwoordig wordt micro-oxidatie overal ter wereld toegepast. Otto Rettenmaier van het prestigieuze Château La Tour Figeac in Saint Émilion gebruikt een door Ducournau ontworpen computergestuurd systeem.[