De term “jong” in de wijnwereld verwijst naar wijnen die recentelijk zijn geproduceerd en nog relatief kort geleden zijn geëindigd in het wijnmaakproces. Jongere wijnen zijn vaak fruitiger, levendiger en minder complex dan oudere wijnen. Het rijpingspotentieel van een wijn hangt af van verschillende factoren, zoals het druivenras en de productiemethode. Over het algemeen zijn jonge wijnen het meest toegankelijk en worden ze vaak binnen een paar jaar na de oogst geconsumeerd.
Voorbeelden van jonge wijnen zijn onder andere Beaujolais Nouveau, een Franse wijn die zeer jong wordt gedronken, vaak binnen enkele maanden na de oogst. Daarnaast zijn er veel frisse Sauvignon Blancs en Rosé wijnen uit gebieden zoals de Loire en de Provence, die eveneens vaak jong worden genuttigd. Druiven zoals Pinot Grigio en Verdejo worden ook vaak in hun jeugdige fase gedronken, omdat ze in deze staat hun frisse, fruitige karakter het beste tonen.
In verschillende wijnregio’s en -landen worden specifieke stijlen geassocieerd met jonge wijnen. In Italië zijn bijvoorbeeld de Chianti wijnen vaak jonger en bedoeld voor directe consumptie, terwijl in sommige regio’s zoals Bordeaux, wijnen vaak een langere rijping ondergaan voordat ze op de markt komen. Jonge wijnen zijn een perfecte keuze voor gezellige bijeenkomsten en informele diners, waar de focus ligt op het verfrissende en levendige karakter dat ze te bieden hebben.