IGT, of Indicazione Geografica Tipica, is een Italiaanse aanduiding voor wijnen die afkomstig zijn uit specifieke geografische gebieden, maar niet voldoen aan de strikte regels van de hogere classificaties zoals DOC of DOCG. Deze term werd geïntroduceerd in de jaren ’90 om wijnproducenten meer vrijheid te bieden bij het maken van innovatieve wijnen, met respect voor de regionale tradities.
Wijnen met de IGT-classificatie kunnen afkomstig zijn uit verschillende wijnregio’s in Italië, zoals Toscane, Veneto en Piemonte. Voorbeelden van IGT-wijnen zijn de bekende “Super Tuscans”, vaak gemaakt van druivenrassen zoals Cabernet Sauvignon, Merlot en Sangiovese. Deze wijnen worden vaak gekenmerkt door hun complexiteit en aanpassingsvermogen, waardoor ze wereldwijd bewonderd worden.
Naast Italië zijn er ook andere landen die soortgelijke classificaties hanteren, waarbij de term IGT kan variëren. In Frankrijk bijvoorbeeld, kan de term Indicatie Géographique Protégée (IGP) worden gebruikt. Binnen de Europese Unie wordt de term gebruikt om de geografische herkomst van wijnen te waarborgen, en hierdoor kunnen regionale kenmerken en druivenrassen beter tot hun recht komen.