Fris is een term die in de wijnwereld gebruikt wordt om wijnen te beschrijven die een lichte, verfrissende smaak hebben, vaak met een hoge zuurgraad. Deze wijnen zijn meestal toegankelijk en worden vaak geassocieerd met een sprankelende mondgevoel. Frisheid kan worden gevonden in verschillende wijnstijlen, van witte en rosé wijnen tot lichte rode wijnen.

Voorbeelden van frisse wijnen zijn Sauvignon Blanc uit Nieuw-Zeeland, bekend om zijn uitgesproken citrus- en kruidige aroma’s, en Pinot Grigio uit Italië, die vaak een lichte, fruitige smaak heeft. Andere frisse witte wijnen zijn Albariño uit Spanje, met zijn levendige zuren, en Grüner Veltliner uit Oostenrijk, dat nuances van groene appel en peper combineert. Deze wijnen zijn ideaal om te genieten op warme dagen of als aperitief.

Bij rode wijnen verwijst de term fris vaak naar lichtere varianten zoals Gamay uit de Beaujolais-regio in Frankrijk, die bekend staat om zijn fruitige en verkwikkende karakter. Ook Pinot Noir uit koelere gebieden, zoals Oregon en de Bourgogne, wordt vaak omschreven als fris, vooral wanneer het jonge wijnen betreft. Frisheid in wijnen wordt vaak geassocieerd met jongere jaargangen die hun bruisende karakter behouden, wat ze aantrekkelijk maakt voor een breed publiek.