Élevé au fût de chêne is een Franse term die letterlijk “opgevoed in eikenhouten vaten” betekent. Deze techniek wordt veel toegepast in de wijnproductie om de smaak, textuur en complexiteit van wijn te verbeteren. Eikenhouten vaten zorgen voor een langzame zuurstofuitwisseling, wat de ontwikkeling van de wijn bevordert en aromatische elementen toevoegt.

Deze methode is bijzonder gangbaar in Bordeaux, waar rode wijnen, zoals Cabernet Sauvignon en Merlot, vaak in nieuwe eiken vaten worden gerijpt. In Bourgondië worden wijnen van de Pinot Noir en Chardonnay ook vaak “élevé au fût de chêne” gemaakt, wat bijdraagt aan hun stevige structuur en rijke smaken. Ook in andere wijnlanden zoals de Verenigde Staten, vooral in Napa Valley, gebruiken producenten deze techniek voor hun Chardonnay en Cabernet Sauvignon.

De keuze van het type eiken, de herkomst van het hout en de leeftijd van de vaten zijn cruciaal voor het eindresultaat. Franse eiken vaten zijn populair vanwege hun delicate smaken, terwijl Amerikaans eiken vaak krachtigere vanilletonen toevoegt. Wijnen die “élevé au fût de chêne” zijn, hebben vaak een verhoogd potentieel voor veroudering en bieden een Palette van complexe smaken, waardoor ze vaak hoog aangeschreven worden door wijnliefhebbers.