Alcoholisch verwijst naar elke drank die ethanol (alcohol) bevat, en dit geldt ook voor wijn, die ontstaat door de fermentatie van druiven of andere fruitsoorten. De alcoholpercentage in wijn varieert meestal tussen de 8% en 15%, afhankelijk van het type wijn en de methode van productie. Bij het maken van wijn speelt de fermentatie een cruciale rol, waarbij suiker in de druiven wordt omgezet in alcohol door gist.

Er zijn veel verschillende soorten wijnen en deze kunnen variëren in alcoholgehalte. Rood wijn, zoals een Cabernet Sauvignon uit Napa Valley of een Merlot uit Bordeaux, heeft gemiddeld een hoger alcoholpercentage dan zoete wijnen zoals Sauternes. In landen zoals Italië, waar wijnen zoals Barolo en Chianti worden geproduceerd, is het alcoholpercentage ook aanzienlijk. Bij mousserende wijnen zoals Champagne of Prosecco is het alcoholpercentage vaak lager, maar kan toch een belangrijke rol spelen in de algehele smaakervaring.

De keuze van druivenras en wijnregio beïnvloedt niet alleen het smaakprofiel, maar ook het alcoholgehalte van de wijn. Druivenrassen zoals Zinfandel uit Californië staan bekend om hun hogere alcohollevels, terwijl in koelere klimaten, zoals Duitsland, de Riesling vaak een lager alcoholpercentage heeft. Het drinken van wijn in gematigde hoeveelheden stelt consumenten in staat te genieten van de complexe smaken zonder overmatige intoxicatie, wat essentieel is voor de waardering van deze veelzijdige drank.