Geweldige Rieslings en Grüner Veltliners komen er uit de Wachau, een wijngebied dat zich noordelijk van Wenen over 20 kilometers Donau-oever uitstrekt. Net als in de Duitse Moezel zijn de hellingen hier soms zeer steil, en ook hier komen leisteenbodems voor. Daarnaast zijn er bodems met graniet, gneiss, löss en zand. Slechts 3% van de totale wijnproductie komt er vandaan, maar ondanks dat heeft de Wachau de grootste naam onder de Oostenrijkse wijngebieden.
Van groot belang voor de kwaliteit van de wijnen is het klimaat: de Wachau ondergaat zowel de invloed van de Pannonische vlakte als van de Atlantische Oceaan. De zomers zijn warm; de hitte van de vlakte weet nog net door de dringen tot het oostelijke einde van de Wachau. Verkoeling komt meestal ’s nachts, door de koudere lucht van de bossen ten noorden van de rivier.
Wachau kent een eigen systeem van wijnclassificatie: Steinfeder voor jonge lichte wijnen van maximaal 11% alcohol, Federspiel voor wijn van rijpere druiven met 11,5% tot 12,5% alcohol en Smaragd voor volle wijnen met meer dan 12,5%.