Toen Stephen Tanzer, Amerika’s op één na meest invloedrijke wijncriticus, eens tijdens een tv-presentatie door het publiek werd gevraagd wat naar zijn mening de beste temperatuur is om white zinfandel te drinken, antwoordde hij: ‘Die is er niet.’ Hij kreeg er de lachers mee op zijn hand maar beledigde (onbedoeld) miljoenen drinkers van deze halfzoete Amerikaanse rosé. White of blush zinfandel is een uitvinding van Bob Trinchero van Sutter Home uit 1972. Er was een wittewijnrage. Terwijl wit ‘in’ was, stonden Sutter Homes wijngaarden vol met de blauwe zinfandel-druif. Maar Bob was niet voor één gat te vangen. Hij besloot een blanc de noirs te maken, een witte wijn van blauwe druiven. Dat kan als je heel voorzichtig perst, zoals in Champagne. De dikke schil van de zinfandel gaf echter toch wat kleur af, waardoor een witte wijn met een blos op de wangen ontstond. De wijn kreeg al snel de naam blush wine, maar sloeg wel aan en Sutter Home verkocht er miljoenen flessen per jaar van.
Zinfandel is het exclusieve ras van Californië. Daar kort men het vaak af tot zin. Het is een afstammeling van de Joegoslavische druif crljenak en verwant aan de Zuid-Italiaanse primitivo. Zinfandel is er in diverse soorten en stijlen: van wit en rosé tot dieppaars, van droog tot halfzoet, van licht tot vol tot versterkt, en zelfs mousserend.
De stijl zinfandel waar we hier vooral aandacht aan willen geven, is een droge, volle rode wijn. De stijl houdt het midden tussen een Barossa shiraz en een amarone di Valpolicella. Als zinfandel niet deskundig gemaakt is, kunnen er simpele, jamachtige bessensmaken ontstaan die snel tegenstaan. In zijn beste vorm is hij echter een nobele wijn, dieppaars van kleur, vol fruitig, kruidig, intens en geconcentreerd, sappig met rijpe, ronde tannine. Heerlijk. Hoewel de druif vroeg rijpt, produceert hij veel suikers en zijn zinfandels soms verraderlijk hoog in alcohol (15 tot 16 procent is geen uitzondering).