Whisky is een drank met een zeer turbulente geschiedenis die gaat over oorlogen, illegaliteit en problemen met wetgeving en belastingen. Daarbij speelde de voortdurende strijd tussen Engeland en Schotland ook een belangrijke rol. In de 16e eeuw gingen steeds meer mensen zelf distilleren. Op elke plek die een beetje aanzien had, zoals een grote boerderij of een landgoed, was wel een distilleerketel te vinden. Maar alles gebeurde in de illegaliteit. Het aantal ‘illicit stills’ was ontelbaar…
De Engelse ‘redcoats’ gingen vaak op patrouille in de Highlands om ze op te sporen. Hun opvallende rode jassen zag je vaak al van verre aankomen. Zo was er meestal genoeg tijd om de ketels goed te verbergen. Wat ze door de eeuwen heen nog meer deden om alles rond single malt whisky te reguleren? Ondermeer een monopolie voor medici, een verbod op grote ketels en een lijn waarbij alle whisky erachter niet geëxporteerd mocht worden.
Het was en bleef een chaos. Totdat een aantal distilleerders en handhavers met elkaar in gesprek gingen en er een systeem van licenties werd geïntroduceerd. Veel distilleerders deden niet mee. De eerste die een licentie kocht, George Smith van Glenlivet, werd dan ook aanvankelijk als een grote verrader gezien. Hij sliep, voor zijn eigen veiligheid, met een paar pistolen onder zijn bed…